Procedure in de faciliteitengemeenten
1 Pacificatiewet
Sinds de federale Pacificatiewet uit 1988 van kracht is, worden in de zes faciliteitengemeenten schepenen, OCMW raadsleden en de leden van het vast bureau van het OCMW rechtstreeks verkozen. De Pacificatiewet wil komaf maken met de communautaire perikelen die ontstaan wanneer mandatarissen weigeren om Nederlands te spreken. Dit is op dat moment met name het geval in Voeren met burgemeester Happart en in Kraainem met OCMW voorzitter Capart.
Door nu schepenen en OCMW raadsleden rechtsreeks te laten verkiezen voorziet de pacificatiewet in een onweerlegbaar vermoeden van taalkennis. Voor andere mandatarissen kan dit vermoeden weerlegd worden door het tegenbewijs te leveren. Deze regeling komt er naar aanleiding van het Happart en Capart verhaal en is in se een toegeving naar de Franstaligen toe. Voor de Vlamingen zit er mogelijks ook brood in de nieuwe regeling. In de meeste gemeenten zitten de Vlaamse partijen al geruime tijd in de oppositie en de mogelijkheid van een rechtsreeks verkozen schepen geeft ook voor de minderheid uitzicht op een vertegenwoordiging in het schepencollege. De beslissingen in het schepencollege worden in consensus genomen en in principe beschikt een oppositieschepen dus over een vetorecht. In dat geval moet de beslissing naar de gemeenteraad gebracht worden waar deze dan met een eenvoudige meerderheid kan aangenomen of afgewezen worden.
Aanvankelijk geraken op die manier in Wemmel, Sint-Genesius-Rode, Kraainem en Wezembeek-Oppem telkens een of twee (in Sint-Genesius-Rode) Vlaamse oppositieschepenen verkozen. Vandaag heeft enkel Sint-Genesius-Rode nog een Vlaamse oppositieschepen. In Wemmel bestaat de bestuursmeerderheid sinds 12 jaar uit een samengaan van 2 tweetalige lijsten (waarvan een eigenlijk de opvolger is van de voormalige Vlaamse lijst) en zit er een oppositie schepen in het extreem Franstalige kamp.
2 Decreet van 16 juli 2021
Het decreet “Versterking lokale democratie” van 16 juli 2021 houdt heel wat wijzigingen in met betrekking tot de organisatie van de gemeenteraadsverkiezingen . De bedoeling is om de impact van het stemrecht van de kiezer te vergroten bij de lokale en provinciale verkiezingen en bij de vorming van de nieuwe coalitie, de installatie van de publieke organen en de aanduiding van de nieuwe mandatarissen. Een van de opvallendste vernieuwingen is de afschaffing van de opkomstplicht.
Gezien de specifieke situatie in de faciliteitengemeenten zijn niet alle aspecten van deze hervormingen van toepassing op onze zes gemeenten.
De afschaffing van de opkomstplicht is wel degelijk van toepassing voor de verkiezing van de gemeenteraad, de OCMW raden en de provincieraad in de faciliteitengemeenten (In andere gemeenten worden geen OCMW raadsleden meer gekozen).
Daarentegen kunnen de wijzigingen in de procedure om een coalitie te vormen niet toegepast worden in de faciliteitengemeenten. Zo bepaalt het nieuwe decreet dat de stemkampioen van de grootste lijst een tijdelijk en exclusief recht krijgt om een meerderheidscoalitie te vormen. Burgemeester wordt dan de gekozene voor de gemeenteraad met de meeste stemmen van de grootste fractie van de coalitie. Kan dus ook eventueel in de oppositie zitten?Hij/zij zal voortaan de eed afleggen in de handen van de voorzitter van de gemeenteraad.
Niet zo bij ons in de zes. Hier blijft artikel 15 van de Pacificatiewet van kracht, namelijk dat in de faciliteitengemeenten de schepenen rechtsreeks worden verkozen. Het blijft het prerogatief van de gemeenteraad die de “aangewezen” burgemeester voordraagt, die dan door de Vlaamse regering moet worden benoemd. De eed moet worden afgelegd in de handen van de provinciegouverneur.
Het nieuwe decreet voert de mogelijkheid van een constructieve motie van wantrouwen in tegen het college van burgemeester en schepenen en de voorzitter van het bijzonder comité voor de sociale dienst (het vroegere OCMW). Deze motie van wantrouwen is niet van toepassing in de faciliteitengemeenten omdat de schepenen en OCMW raadsleden hier rechtstreeks worden verkozen. De motie van wantrouwen kan wel ten aanzien van de voorzitter van de gemeenteraad, die niet rechtstreeks verkozen is door de kiezer.
Voorts vergemakkelijkt het nieuwe decreet de vrijwillige samenvoeging van gemeenten door de regelgeving fusievriendelijker te maken en door een waarborgsysteem in te bouwen voor de middelen die de fusiegemeenten ontvangen van het Open Ruimtefonds. Tot grote frustratie van sommige burgemeesters in de zes blijven de voordelen van een fusie, met het uitzicht op bijkomende financiële middelen en het profijt van schaalvergroting, verstoken voor hun gemeente.